Hoofdstuk 1

Waar Twinning om begonnen is


Bij twinning trekken mensen vanuit verschillende professionele perspectieven samen op. In Extended Twinning was het doel een betere ondersteuning van kwetsbare ouderen in de wijk, door zorg en welzijn in de eerste lijn sterker te verbinden. Docenten, studenten, professionals in de wijk én ouderen liepen met elkaar mee en leerden van en met elkaar.

Elkaar ontmoeten en kennis delen

Extended Twinning zette in op een groot leernetwerk van opleiders en professionals in verpleegkunde en social work en actieve deelname van ervaringsdeskundige ouderen. Daarnaast zijn twinkoppels gevormd om mee te lopen in elkaars praktijk. Subgroepjes van vijf personen wisselden tussentijds ervaringen uit. Elk groepje bestond uit vertegenwoordigers uit de verschillende sectoren en een ervaringsdeskundige oudere. Daarnaast waren er regelmatig plenaire fysieke sessies om elkaar te ontmoeten en kennis te delen. Deze bijeenkomsten werden sinds corona online gefaciliteerd.

Samenwerkende partners

Wie kom je tegen in dit magazine?

Marie-Jozé van Raak

docent Social Work

Hogeschool Rotterdam

Paulien van Antwerpen- Hoogenraad

docent Verpleegkunde

Hogeschool Rotterdam

Susan Hupkens

docent-onderzoeker Verpleegkunde

Hogeschool Rotterdam

Liban Osman

vierdejaars student Verpleegkunde

Hogeschool Rotterdam

Sylvia Bakker

docent Verpleegkunde

Albeda College

Gosia Bojar

sociaal-cultureel werker

Buurtwerk

Merel Hoek

wijkverpleegkundige

Laurens

Lida Renema

senior Wmo-adviseur

gemeente Rotterdam

Elly Bal

ervaringsdeskundige oudere

Elly Smits

ervaringsdeskundige oudere

Alex Smits

ervaringsdeskundige oudere

Marleen Goumans

Lector Samenhang in de Ouderenzorg

Hogeschool Rotterdam

Klaartje Potma

onderwijsmanager Verpleegkunde

Hogeschool Rotterdam

Annemarie Klaassen

programmamanager Extended Twinning

Van Kleef Instituut

Irene Baten

projectleider Extended Twinning; concernadviseur Laurens

Hogeschool Rotterdam

Jeannette Nijkamp

onderzoeker; hoofddocent cultuur, diversiteit en participatie

Hogeschool Rotterdam

Wist je dat...

Hogeschool Rotterdam, Kenniscentrum Zorginnovatie, samen met het VKI en Rotterdamse zorgorganisaties al sinds schooljaar 2015 bouwen aan leernetwerken en actief Twinnen?

In Twinning Twice deden ook het mbo verpleegkundeonderwijs en verzorgenden mee. In Extended Twinning werd dit uitgebreid met het welzijnsdomein (onderwijs én praktijk) én de ouderen als ervaringsdeskundigen. Na drie projecten ligt er een schat aan ervaringen en ambities. Doe er je voordeel mee!

Zorg, welzijn en ouderen als trio

Marleen Goumans, directeur Kenniscentrum Zorginnovatie is als lector ouderenzorg al langer bezig met het leren van en met ouderen zelf. ‘In gesprekken met ouderen geven zij aan dat Wmo-consulenten en wijkverpleegkundigen veel praten met elkaar over de ouderen, of met de ouderen zonder elkaar. Ouderen vinden dat we meer als trio moeten gaan werken. Daar hebben ze groot gelijk in. Twinning is belangrijk, omdat we daarin echt met de ouderen optrekken.’

Het begint tijdens de opleiding

Irene Baten, projectleider Extended Twinning: ‘De verbinding tussen verpleegkundigen en social workers moet tijdens de studie ontstaan. Als ze het tijdens de opleiding niet leren, verloopt de samenwerking na de opleiding ook niet effectief. Ik zie nu regelmatig een soort verlegenheid om op elkaar af te stappen, ook omdat mensen het niet gewend zijn. Als je aanleert niet alleen je eigen taartpuntje te nemen, maar met elkaar de hele taart te zien, dan gebeuren er heel andere dingen.’

Artikel 1.1

Zorg en welzijn rond ouderen sterker verbinden

Twinning brengt de werelden van zorg en welzijn dichter bij elkaar. Zodat professionals en opleiders elkaars werkwijze beter leren kennen. Op Hogeschool Rotterdam zien ze dit als zeer kansrijk voor meer samenhang in de zorg aan kwetsbare ouderen.

Scherp houden om wie het gaat

Paulien van Antwerpen-Hoogenraad, docent verpleegkunde wilde meteen graag meedoen aan dit project. ‘Ik wist dat Twinning al langer liep. Collega’s die geen ervaring hadden in de wijk, gingen met wijkverpleegkundigen en studenten mee op pad. Zij kwamen vol verhalen terug. In Extended Twinning ligt de focus op zorg en welzijn, en juist die combinatie is erg belangrijk.’

Paulien benadrukt dat het hele project draait om een betere integratie van de zorg voor kwetsbare ouderen in de wijk: ‘Breder kijken en focussen op de zorg en het welzijn van ouderen in de stad. Dus echt ogen en oren hebben voor de ouderen en op hen aansluiten. Dat wil ik ook in de lessen naar voren brengen.’

Verbinding met elkaar maken

Ook Susan Hupkens, docent-onderzoeker hbo-verpleegkunde, zag gelijk de moge-lijkheden van Twinning. "De verbinding tussen social work en de zorgberoepen is heel belangrijk. Op een bijeenkomst in een van mijn onderzoeksprojecten bespraken we casussen met professionals uit verschillende hoeken. Het ging over mensen met eenzaamheidsproblemen, met een psychiatrische vraag of met rouw en verlies. Daar viel bij mij echt een kwartje: we komen bij dezelfde mensen over de vloer, maar we kennen elkaar niet en er is weinig verbinding. Terwijl dat juist heel erg nodig is."

Leuker en efficiënter werken

Twinning maakt het werk volgens Susan ook leuker, omdat je bij elkaar in de keuken kijkt. ‘Ik vond het interessant om mijn blik te verruimen. En het levert efficiënte werkwijzen op. Als je bijvoorbeeld weet dat een social worker nauw in gesprek is met iemand over zijn eenzaamheid, dan weet je dat jij daar niet aan hoeft te werken. En het is motiverend om te weten dat je er niet alleen voor staat. Veel zorgver-leners vinden het ook fijn om te weten dat hun cliënt niet alleen medisch wordt ge-holpen, maar dat er ook oog is voor zijn welzijn.’

Elkaar versterken

Ook Klaartje Potma, onderwijsmanager hbo-verpleegkunde, staat voluit achter Twinning. ‘Samenwerking met de welzijnstak is belangrijk om elkaar te versterken en scherp te houden, ook voor de toekomst van de ouderenzorg. Samen optrekken is bijna een must. Het grootste deel van de zorg, begeleiding en ondersteuning ge-beurt bij de mensen thuis en in de wijken en dat neemt alleen maar toe. Daar moe-ten we dus veel oog voor hebben.’

‘Uiteindelijk wil je dat de mensen in hun eigen wijk de juiste zorg en ondersteuning krijgen en je wilt voorkomen dat mensen opgenomen moeten worden. Mensen zijn het gelukkigst in hun eigen leefomgeving en sociale context.’

Klaartje Potma Onderwijsmanager Verpleegkunde, Hogeschool Rotterdam

Artikel 1.2

Verder kijken dan je eigen eilandje

Gosia Bojar, sociaal-cultureel werker bij Buurtwerk, sloot op verzoek van haar manager aan bij Extended Twinning. Ze ziet alleen maar voordelen aan netwerken en kennis en informatie delen.

Gosia heeft eerder samengewerkt met Hogeschool Rotterdam, en vond het een goed idee om mee te doen. Als spil van het project ‘Even Buurten’ merkte ze dat mensen vaak op hun eigen eilandje werken en de wijk niet zien als geheel: wie er wonen en werken, welke knowhow en voorzieningen er zijn en welke samenwerkingen er mogelijk zijn.

De wijk en de sociale kaart leren kennen

Gosia breekt een lans om studenten goed te informeren over de wijken en welke netwerken er zijn. Dan kunnen ze makkelijker aansluiten bij bestaande activiteiten of overleggen. Als ze de wijk in gaan, ontdekken ze wat er allemaal speelt. Waar en hoe leven de cliënten, waar doen ze hun boodschappen, wie zijn de buren, en welke professionele instanties zijn actief? Je leert het best hoe een wijk in elkaar zit door eens een praatje te maken met de bewoners, de wijkagent of een kassière.

Goed samenwerken in de omgeving van ouderen

Bij mensen met beginnende dementie of verwarde personen zien de buren soms als eerste dat het niet goed gaat. Als op een goed moment de politie wordt geïnformeerd, moeten zij weten wie deze bewoner verder kan helpen. Met een goede samenwerking kan een ziekenhuisopname of een crisistoestand worden voorkomen, bijvoorbeeld door tijdig een casemanager dementie of huisarts met praktijkondersteuner in te schakelen.

Als je geïsoleerd werkt, mis je informatie en kansen. Daarom vind Gosia het nuttig om zo vroeg mogelijk duidelijk te maken hoe belangrijk de omgeving van mensen is. Hoe makkelijk het bijvoorbeeld soms is om voor hulp iemand van heel dichtbij te vinden – soms simpelweg van de buren – terwijl er vaak hulp van ver weg ingeroepen wordt.

‘In de eerste lijn is men vooral gefocust op zorg. Welzijn hangt er in mijn beleving een beetje bij. Als welzijn goed is, heb je kans dat er minder zorg nodig is. Daarom is het goed dat de verpleegkundestudenten les krijgen over social work en andersom. Dan plant je al in de opleiding een zaadje voor later.’

Elly Bal Oudere

‘Verpleegkunde is meer dan iemand beter maken. Ook iemand helpen zelfredzaam te zijn en zich goed te voelen. Daarvoor moet je over je eigen domein heen kijken.’

Sylvia Bakker Docent mbo-verpleegkunde, Albeda College

Artikel 1.3

Verhaal oudere: ‘Ik denk nooit: dit kan ik niet meer’

Elly Bal zocht haar hele leven al de uitdaging van nieuwe ervaring en kennis. Ze is ervan overtuigd dat welzijn en zorg even belangrijk zijn en hand in hand moeten gaan. Dat maakt haar een gedroomde ambassadeur voor Twinning.

Elly studeerde sociale gerontologie aan de Vrije Universiteit en studeerde af aan het Erasmus in de sociologie, grootstedelijk beleid. Ze richtte onder andere een stichting op om Turkse en Marokkaanse vrouwen wegwijs te maken in de Nederlandse samenleving. Ook begeleidde ze studenten van de opleiding sociaal-cultureel werk van Hogeschool Rotterdam, die aan ouderen werden gekoppeld. Ze is 82 jaar en vindt dat het prima met haar gaat, behalve wat lijfelijke problemen zo af en toe.

Vaste mensen om je heen

Als ze haar verhaal vertelt, herstelt ze thuis van een akelige val tijdens de zomervakantie. In dit traject ondervond ze aan de lijve hoe belangrijk het is om een relatie te kunnen opbouwen met degene die je verzorgt. In haar geval was dit een wondverpleegkundige bij de huisartsenpraktijk. ‘Zij komt nu nog steeds elke dag. Dat ze een vaste medewerker is, is heel waardevol voor me.

Dat mis ik bij de thuiszorg. Mijn dochter kwam twee keer in de week en dan werd ik helemaal gewassen. Ik wilde geen thuiszorg, want ik had bij een vriendin gezien dat ze elke dag iemand anders kreeg. Dat leek me niks. Mijn zoon deed met zijn vrouw de boodschappen, en mijn echtgenoot zorgde voor het eten. Het loopt hier als een gesmeerde machine.’

Welbevinden en zorg onlosmakelijk verbonden

Zorg in de wijk blijft naar Elly’s idee hangen op samenwerking. ‘Zorg is heel belangrijk, maar wordt altijd boven welzijn gezet. Ik vecht voor welzijn. Als ze niet samen opgaan, dan lukken beide veel minder goed. Er wordt veel te weinig gekeken naar het welbevinden van mensen. Daarom is het zo goed dat het gedachtegoed van Positieve Gezondheid van Machteld Huber nu zo in de belangstelling staat. Positieve Gezondheid legt het accent niet op ziekte, maar op mensen zelf, op hun veerkracht en op wat hun leven betekenisvol maakt. Ik ben een voorloper van dit model. Ik denk nooit: dit kan ik niet meer, ik probeer altijd of ik iets kan.’

Studenten screenen op geschiktheid

Elly heeft een duidelijk beeld van goede zorg: ‘Je kunt wel komen stofzuigen en dat helpt, maar het is niet genoeg. Een baby kun je verzorgen, maar als daar geen persoonlijke aandacht aan vastzit, gaat het kind dood. Een knuffel geven, een woord zeggen. Sommigen hebben dat in zich. Ik zie sommige jonge mensen zo aandoenlijk lief omgaan met mensen met dementie, maar anderen doen alleen hun werk. Studenten moeten in mijn beeld gescreend worden op geschiktheid voor het werken in de zorg. Laat het adagium zijn: Behandel de mens, niet de kwaal.’

‘Ik werk aan de brede blik bij studenten door samen vragen te stellen over de situatie van de cliënt: in welke omgeving woont hij, en wie speelt een rol van betekenis in zijn leven? We proberen studenten breed na te laten denken. Sommigen hebben dat van nature, anderen moeten dat aangeleerd krijgen.’

Sylvia Bakker Docent mbo-verpleegkunde, Albeda College

Sterke constructie

Reflecterend op Extended Twinning, zegt Klaartje Potma, onderwijsmanager hbo-verpleegkunde: ‘Een groot deel van de zorgvragers van de toekomst zijn ouderen. Het is belangrijk om hun ervaringsdeskundigheid erbij te betrekken en te weten wat hun behoeften zijn. Dan kun je daar vanuit zorg en welzijn op aansluiten. Als je dat vervolgens doorvertaalt naar het onderwijs, is dat een sterke constructie. Dat is ook de kern en de kracht van Extended Twinning.’

Ze speelt met het systeem

Susan Hupkens, onderzoeker en docent verpleegkunde heeft getwind met Milou. ‘Zij is wijkverpleegkundige bij een thuiszorgorganisatie en onlangs bij ons afgestudeerd. Ik vraag haar om me meer te laten zien over het indiceren in OMAHA. Dit omdat ik veel kritiek hoor op dit systeem van indiceren. Verpleegkundigen ervaren onvoldoende ruimte om welzijnsproblemen te indiceren. In hoeverre worden professionals daarin beperkt door dit systeem? Ik hoop dat Milou me wijzer kan maken.

Milou laat me meekijken met een indicatiestelling. Ze klikt de verschillende domeinen aan en kan daar alle gegevens in kwijt. Ze heeft een breed inzicht in de cliënt en speelt met het systeem. Daarbij houdt ze rekening met de mogelijkheden van haar collega’s. Zij bepaalt welke zorg er gegeven moet worden, niet het systeem en niet de verzekering. Het blijkt dus mogelijk om verpleegkundigen op te leiden die aandacht hebben voor de hele mens en daar handen en voeten aan kunnen geven in een systeem. De volgende stap voor mij is: nadenken hoe we studenten dat het beste kunnen leren.’